1504 Griekenland

01 deur

Foto: Deur in Kreta

Op 19 april 2015 komen we in Zakros, Kreta aan. Het is een mooie dag. Er is geen wolkje aan de lucht, geen Cirrocumulus, Cumulonimbus, Conalingus of hoe die dingen ook heten zijn in de verste verte te bespeuren. Nog voor we aan wal zijn snuif ik een scala aan geuren op van kruiden en alles wat bloemt en bloeit. De lente heeft kleur en geur in het land gebracht. Ik voel me goed.

02 crismae in de bloemen

Foto: Crismae in de bloemen gezet

Hoewel ik hier nog nooit ben geweest, voel ik me thuis. Ze spreken een andere taal, maar de mensen hier zien er uit zoals ik, ze betalen met het zelfde geld, aanbidden dezelfde god en hun keuken ken ik vanuit den Aldi: mousaka met retsina.

02 we zijn er

Foto: we zijn er

Ik geniet intens van het onreine vlees, ik ben er,Griekenland, de bakermat van onze Europese beschaving, het land waar de democratie en daarmee de meest fundamentele mensenrechten zijn uitgevonden. Ik ben thuis. Ik ben veilig. Ik mag weer schrijven wat ik wil.

03 kerkje

Foto: kerkje, de deur stond open, al haar rijkdommen liggen zomaar voor het grijpen. Het geeft een veilig gevoel.

Het Suezkanaal en alles wat er bij hoort ligt nu gelukkig ver achter ons. Het was geen aangename reis, ook geen makkelijke. De wind stond niet goed en het duurde lang voor we de 440nm van Port Said tot hier hadden afgelegd. Maar dat zijn we, met een glas retsina in de hand nu al lang vergeten.

04 Kris ruilt de Egyptische gastvlag in voor de Griekse

Foto: Kris ruilt de Egyptische gastvlag in voor de Griekse

De eerste mensen die we op Europese bodem ontmoeten zijn een koppeltje Oostenrijkers. Ze zijn met hun woonwagen op tocht. Het deed me denken aan de tijd dat ik mijn zaakje nog had, en zelf met een busje doorheen heel Europa trok, van noord tot zuid, om mijn spulletjes te verkopen. Ik kon het niet laten om een praatje met hen te slaan.

04 woonwagen

Foto: Oostenrijkers met hun woonwagen

In de volgende ankerplaats, Siteia, zullen we mijn kozijn Guy en zijn vrouw Nicole oppikken. Ze keken er al lang naar uit om Donna eens te vervoegen, en nu we in de Middellandse Zee zijn leek dat het ideale moment om eens af te komen.

05 Donna het hele team

Foto: Donna, het volledige team, vlnr Crismae, Kris, Nicole, Guy

We zeilen elke dag een stukje, zij nodigen ons uit op terrasjes, en restaurantjes, dingen waarvoor bij ons al lang het budget ontbreekt. En zo krijgen ook wij het gevoel dat we met ‘vakantie’ zijn. En als we niet uit eten gaan geniet ik hoe ze beiden met zorg de spijzen bereiden. Al is het maar een slaatje, ze kiezen er de beste producten voor uit en maken die met veel toewijding en aandacht klaar. Ze selecteren er een passende wijn bij, en daardoor is het elke dag feest.

06 terrasjes doen

Foto: terrasjes doen

Het doet goed om weer wat dichte familie om je heen te hebben, mensen die ik al 5 jaar niet meer heb gezien. Toch zijn ze niets veranderd. Het zet me aan om er wat vaart in te zetten, en de rest van de mensen die ik in België heb gemist weer terug te zien. Ik kijk er zelfs naar uit om weer voor de klas te staan, om de jeugd van vandaag weer de basisbeginselen van de wiskunde bij te brengen, de prachtige inzichten van Newton, Descartes en Gauss; om weer een geregeld leven te gaan lijden. Om het leven weer op te nemen, daar waar ik het 5 jaar geleden heb achter gelaten. Is het niet prachtig om in een maatschappij te leven waar dit kan? Er even voor 5 jaar tussenuit te glippen. Even alles vaarwel zeggen, en nadien terugkomen alsof er niets is gebeurd? Even van kalf naar zwaluw, en als het je goed uitkomt te kunnen kiezen weer een kalf te zijn? Is dit soort maatschappijmodel niet waard om verdedigd te worden? Ik althans, ben België, en Europa heel dankbaar dat dit mogelijk is.

07 c in gras

Foto: Crismae in het gras

Uiteraard zal mijn nieuwe leven er wat anders uitzien. Ik heb geen huis meer, en zal dus weer van voor af aan moeten beginnen. En hoewel ik opnieuw in Siso Deurne aan de slag kan, mijn plaats in de Koninklijke Balletschool van Antwerpen is nog lang niet zeker. Dat is jammer, want ik voelde me in die kunstzinnige omgeving heel goed. Ik omring me graag met mensen die een doel hebben in hun leven, en er ook voor gaan, hoe zot ook. Mensen met een duidelijke mening, en al staat die haaks op die van mij, die met vuur kunnen verdedigen. Ik geniet van grote ego’s, van mensen met een groot ‘kijk eens naar mij’ gehalte, en daar loopt het op de Balletschool van vol. We zullen wel zien waar we terecht komen in september. Ik ben flexibel en pas me makkelijk aan, maar als ik elders terecht zal komen, ik zal ze toch missen.

08 aankomst in spinalongas

Foto: aankomst in Spinalongas (Foto: Andy)

In Siteia kunnen we inklaren. Op het douanekantoor kijkt iedereen verbaasd op wanneer ik en Guy er binnen stappen. Men is er aan de koffie en het lijkt alsof ze nog nooit iemand over de vloer hebben gehad die voor iets anders kwam dan voor koffie. Er hangen wat mensen van het dorp bij elkaar en wij zijn heel welkom om deel te nemen aan hun ritueel. In een vlaag van professionaliteit vraagt 1 van de koffiedrinkers heel vriendelijk in haar beste Engels: “Waar is de boot geregistreerd?” Ze doet in haar trainingspak niet in de verste verte denken aan een douanebeambte, en haar figuur verklapt me dat ze het kledingstuk ook niet heeft gekocht om te gaan trainen. Ze loenst ook een beetje, waardoor ze tegelijk mij en Guy in het oog kan houden. “In België”, zeg ik. En dan is het 30 seconden stil. “Is dat van de Europese Gemeenschap?” vraagt dezelfde dame. Nu had ik niet verwacht dat in dit lokaal over de Grote Unificatie Theorie zou worden gedebatteerd, of dat men zelfs nog maar wakker lag of men morgen met de Euro, Drachme of Roebel zou moeten betalen, maar dat ze nog nooit van België hadden gehoord verbaasde me toch een beetje. Ik wacht even met mijn antwoord, alsof ik de vraag terugwerp. Men heeft er toch tijd genoeg. Iedereen kijkt nu een beetje naar iedereen, maar er is niemand die een standpunt durft in te nemen.

“De hoofdstad van België is Brussel”, geef ik als hint zoals een quizmaster op TV. Ah, ja, Brussel, dat kennen ze.

“Dat is waar ze hun geld van krijgen,” fluister ik Guy toe die naast me staat. Iedereen van de aanwezigen doet nu met veel tamtam een beetje zijn zeg, alsof ze het eigenlijk wel wisten maar wilden zien of de ander het ook wist. Ze komen uiteindelijk tot het besluit dat België tot de Europese Unie behoort. Het dorp is blij met hun correcte antwoord.

“Dan hoef je niet in te klaren,” concludeert het trainingspak. Ze is duidelijk opgelucht dat er nu ook geen reden meer is om van haar stoel te komen. OK, goed, gemakkelijk. Bij de kustwacht hebben we wat meer problemen. Crismae heeft immers geen visum voor Europa. Maar iedereen doet er zijn best om dat probleem voor ons zo snel mogelijk op te lossen. Iedereen is heel vriendelijk, en hulpvaardig, en zonder dat wij er enige moeite voor hebben moeten doen worden alle papieren klaargemaakt. Probeer maar eens een ander land binnen te geraken zonder papieren, bedenk ik me.

09 Siteia

Foto: Siteia

Uiteindelijk stapelen we enkel positieve ervaringen op met de Grieken. Als we in een supermarktje in Kapsalion, op het eilandje Khytira niets naar onze goesting vinden, stelt de eigenaar voor om ons met zijn auto naar de concurrentie 20km verder te brengen. Zo maar, gratis voor niets. “Daar is een grotere supermarkt,” zegt ie, “veel beter.” Wat later biedt iemand zijn internet gratis aan, zodat we onze mails nog eens kunnen beantwoorden en de nieuwe weerkaarten kunnen downloaden. Na 5 jaar zeilen vraagt men me heel vaak wat nu eigenlijk de beste plek is om met een zeiljacht op vakantie te gaan. Ik denk dat ik het weet: Griekenland. Ik was er nog nooit geweest, maar tot nu toe ben ik er dol enthousiast over, de mensen, de natuur, het eten, het weer. Al moet je met dat laatste wel opletten. Als de weerkaarten 15knopen wind voorspellen kan dat tussen 0 en 30knopen zijn. Het weer slaat zo snel om dat je constant op alles voorbereid moet zijn.

10 Donna in Panormou

Foto: Donna in het haventje van Panormou

We zeilen met Guy en Nicole langsheen de noordkant van Kreta. Elke dag een stukje verder, heel ontspannen. In elk dorpje maken we een tochtje en kuieren wat rond in de koelte van de witte huisjes. Van Panormou steken we over naar Kythira. Een zeiltocht van 100nm. Guy geeft niet af, en zeilt bijna de hele nacht door.

11 guy en nicole

Foto: Guy en Nicole, de oversteek naar Kythira

In Kythira krijgen we slecht nieuws. De vader van Nicole is in het ziekenhuis opgenomen. Ze moeten na amper een week weer naar huis. Jammer.

12 guy en kris

Foto: Guy en Kris in de cockpit van Donna

Ze zijn nog maar pas van boord of het weer slaat weer om. Er ontstaat een gevaarlijke deining aan de kade. Donna slaat af en toe met een venijnige smak tegen het beton. Terwijl ik op de kade de fenders aan het goedsteken ben breken plots 2 meertouwen. Donna draait met haar voorsteven van de kade weg. We kunnen nog 1 spring losmaken, op het laatste meertouw zit nog te veel spanning. Intussen smakt Donna nogmaals tegen de kademuur. We snijden het laatste meertouw door, en vertrekken geïmproviseerd naar meer beschutting. De wind pikte snel op. Het begon met 25knopen, maar ging snel naar 30, 35, 40 en meer. Dat is al 8 Beaufort. We vinden wat beschutting aan de Oostkant van het eiland, in de baai van Dhiakofti. Maar ook daar waait het nog te hard. Met enkel het grootzeil op vliegen we er tegen soms 10knopen heen, maar met slechts heel veel moeite kunnen we op motor de baai tegen de wind in binnenvaren.

96 muurtje moet bloemen

Foto: heel veel muurtjes, begroeid met wilde bloemen

Er staat ook daar nog zoveel wind dat ik tijdens het ankeren heel mijn ankerketting verlies. Ik blokkeer de ankerlier, maar de ketting springt er gewoon overheen. Ik zie hoe het einde van mijn ketting in zicht komt, die heb ik rood gemarkeerd, en moet machteloos toezien hoe ook het rood in de zee verdwijnt. Het einde van de ketting is met een stevig touw vastgemaakt, maar dat touw knapt stuk, het zweept hard tegen mijn been en laat een lelijke wonde achter. Ik ben nu heel mijn ketting en anker kwijt. Ik vraag Crismae om op motor zo veel mogelijk ter plaatse te blijven. Dat is niet zo gemakkelijk, maar ze doet het prima. Terwijl kan ik een tweede anker klaarmaken. Ik maak er een stevig touw aan vast, werp dat uit, en … het houdt. We zijn gered, toch voor even.

97 kreta

Foto: het verwonderde me hoe mooi het binnenland van de eilanden wel waren

Ik wil niet de nacht ingaan, enkel gezekerd aan 1 meertouw. Ik heb nog een aantal uur voordat het donker wordt en wil van die tijd gebruik maken om mijn anker en ketting weer op te vissen. Maar ook dat was niet makkelijk. De felle wind en kou maakten daar een erg onaangename klus van. Gelukkig kon ik vanuit mijn dinghy de ketting snel vinden, maar om die hele ketting naar boven te krijgen was mijn dinghy te klein. Terwijl ik de ketting optilde, helde die zo veel dat hij vol liep met water. Daarbij bleek het anker achter een rots vast te zitten. Wat ik ook deed, ik kreeg het niet los. Maar het lukte me wel om aan het einde van de ketting een aantal touwen aan elkaar te binden, die naar Donna te trekken, en Donna zo aan de ketting vast te maken. Nu kon ik gelukkig de nacht ingaan, gezekerd aan 50m ketting, 5m diep. Dat zou wel niet loskomen. Gelukkig, want het weer werd als maar erger. Ook de volgende dag waaide het zo hard dat we bijna niet van boord konden gaan.

98 g&n

Foto: de Griekse eilanden zijn aan te raden voor iedereen die van een bergwandeling houdt

De weerkaarten gaven ook voor de volgende dagen een zelfde weerpatroon aan. Ik besliste om meer noord te gaan. Want hoewel het weer daar eigenlijk het zelfde is, de windkracht blijkt daar altijd een 5 tal knopen minder te zijn dan op het eiland Khytira, waar we nu zitten. Met het kleine anker van de dinghy kon ik achter de beugel van het groot anker haken, en kreeg het zo los, zonder te duiken. Zo konden we vertrekken, en zo eindigen we dan in Frangos, Elafonisos, een mooie baai, helemaal in het zuidelijkste puntje van de Peloponnisos.

99 kreta sneeuwbergen

Foto: de besneeuwde bergtoppen van Kreta maken indruk op Crismae, die heeft nog nooit in haar leven sneeuw gezien

Geplaatst in Uncategorized | 4 reacties

1504 Suez

01 apl belgium

Foto: APL Belgium vaart het Suezkanaal uit

25/3/15 vertrek uit Port Ghalib.

Een week na onze aankomst komt er een mooi en groot Russisch jacht aan. Sergei is de eigenaar. Ook hij is bijna aan het einde van zijn wereldreis. Maar in tegenstelling tot mezelf moet hij niet opnieuw gaan werken. Hij is schatrijk, en heeft een schipper in dienst. Zeilen is zijn grote liefde, maar gin-tonic, wodka of tequila komen toch ook heel dicht in de buurt. Hij probeert ons elke avond mee te krijgen voor een plons in dat vocht.

02 sergei

Foto: ook Sergei is blij dat hij het piratengebied voorbij is

Hij deed men zijn jacht Aden, Jemen aan, omdat daar nieuwe crew aan boord zou komen. Die mochten echter het vliegveld niet verlaten en moesten dus noodgedwongen terug naar waar ze vandaan kwamen. Hij ging er naar de groentemarkt en kreeg daarvoor zwaar bewapende bodyguards mee van de Russische ambassade. Hij vond de groentemarkt, een drukke markt, veel kraampjes, maar geen groenten. Alle kraampjes waren leeg, merkwaardig. Toen hij iemand vroeg waar de groenten waren antwoordde die met een mysterieuze glimlach. Hier zijn geen groenten, meneer, vertelde hij. Maar hij werd uitgenodigd om een kijkje te nemen onder de toonbank. Wapens. Elke kraampje verkocht wapens. Kalashnikovs, granaten, geweren, alles wat je je maar aan licht oorlogstuig kan indenken. Alles, tot anti-luchtdoelraketten kon je er vinden. “Ik maak je een goede prijs” vertelde de man. De prijs was zo goed dat Sergei meteen een hele verzameling kocht. Dat maakte zijn doorgang door de Rode Zee wat minder stresserend en ook minder saai. De hele bemanning vermaakte zich met schietoefeningen. Ze gooiden een bus overboord en probeerden die dan zo vaak mogelijk te raken. Hij liet er me filmpjes op zijn Iphone van zien. Ze hadden inderdaad plezier en leken zelfs een beetje ontgoocheld dat ze geen echte piraten waren tegengekomen.

03 op en af de boot klimmen

Foto: op en af de boot klimmen

30/3/15 Ras Thelemet, 60nm van Port Suez. De AIS werkt niet meer. Ik gooi alles open, kijk alle kabels na, maar kan niets abnormaals vinden. Een uur ben ik er mee bezig. Maar wat ik ook doe, ik kan geen enkele boot op mijn plotter toveren, terwijl er normaal makkelijk 30 te zien zijn. Ondertussen steken we de traffic lines over van de west kant naar Sinai, de oost kant. Er zijn gelukkig geen boten. Het doel voor vandaag is om Ras Sudr te bereiken. Dat is niet ver van Ayun Musa, de bron van Mozes. Het water van de bron smaakt naar men zegt toch nog heel brak, ondanks de pogingen van Mozes om het zoet te maken. Er zijn trouwens nog meerdere plekken die verwijzen naar de Bijbel. Mijn grootmoeder zou haar hart hier ophalen. Zij was er altijd heel fier op dat ze haar ‘heilige geschiedenis’ zo goed kende. Op verschillende plaatsen beweert men dat Mozes er de Rode Zee heeft geopend en ze met zijn door God uitverkoren volk heeft overgestoken. Dat zou nu ter hoogte van die bron wel het meest waarschijnlijk zijn. Je kan er puntjes op de kaart verbinden waar de zee niet dieper is dan 7m. Dus als het zeepeil omwille van welke reden dan ook 7m daalt, valt die hele wandeling droog. Uiteraard heeft men er nu een kanaal in uitgebaggerd om grote schepen door te laten.

04 fruitkraam

Foto: fruitkraam

Als je het onderwerp googlet kom je van de ene religieuze website op de andere. Ze proberen allemaal met wetenschappelijke argumenten aan te tonen dat de zee zich effectief plots kon geopend hebben. Ik vraag me af wat ze daarmee willen bereiken. Want indien het wetenschappelijk kan worden verklaard, is het geen mirakel meer, geen tussenkomst van God. En dat moest het toch zijn? Mozes tikte met zijn staf op de grond, en de zee ging open. Ik hoop in elk geval dat het ‘natuurlijk’ fenomeen zich vandaag niet opnieuw voordoet, want ik wil met Donna niet aan de grond lopen. Langsheen heel de Noord-Egyptische kust zag ik trouwens ‘brandende braambossen’. Van ver lijkt het op de verlichting van een weg, maar als je dichterbij komt kan je duidelijke vlammen zien. Ze lijken zomaar uit de grond te komen. Het zijn gas ‘flares’. In die vlammen worden afvalgassen van de gas of oliewinning verbrand. Maar je bent natuurlijk vrij om te geloven dat het God is die je zegt dat hij van alle mensen op de wereld jou het liefste ziet.

05 vlam

Foto: brandend braambos

Plots licht een groen driehoekje op op de GPS. Een boot. De AIS doet het toch? Ik zag dus niets op de AIS omdat er gewoon geen boten waren? Ik heb nu begrepen dat boten in groep door het kanaal gaan, en allemaal op het zelfde moment aankomen. Ik schroef alles weer mooi dicht.

06 frank

Foto: Frank

Op 1 april zijn we in de jachthaven van Suez. Ooit een bloeiende jachtclub, nu passeren er slechts een handje vol boten per jaar. Ik ben nerveus, want ik heb over het oord geen enkel goed woord gehoord. We komen er Frank tegen, en Starlet, en er ligt nog een ander Belgisch jacht. We besluiten om ’s avonds samen iets te gaan eten. De wachter vraagt naar onze paspoorten. Ik toon ze hem, maar de andere Belg in het gezelschap roept luid dat hij ‘de boom in kan’. De wachter verdwijnt met de staart tussen zijn benen weer in zijn hokje. Ik heb wat medelijden met hem. De man doet immers gewoon zijn werk, en de hele dag in zo een hokje zitten valt ook niet mee. De Belg voelt zich verplicht om uit me tekst en uitleg te geven. Hij had eerder die dag ankerketting gekocht, en toen hij daarmee in de marina kwam wilde diezelfde wachter bakshish, steekpenningen, anders zou hij de douanen inlichten. Hoewel je geen btw hoeft te betalen als je dingen het land uitvoert moet je waarschijnlijk wel een hele papierwinkel doorlopen, dus hij gaf hem maar 50pond bakshish. Egyptenaren vinden het niet zo erg als je hen haat, als ze er maar iets aan verdienen. Hij is Egypte en de Egyptenaren ‘kots, maar dan ook kotsbeu’. Hij werkt er al 7jaar en kan het volk niet meer uitstaan. Niet 1 Egyptenaar is volgens hem te vertrouwen, liegen en bedriegen is hun 2e natuur. Hij kijkt er naar uit om in de Middellandse Zee te zijn.

07 crismae vanop starlet

Foto: Crismae vanop Starlet met Donna op de achtergrond

Hij bevestigde wat ik over het land gelezen had. En jammer genoeg moet ik bevestigen wat hij bevestigde. Terugblikkend op mijn verblijf weet niet wat het ergste was, de stress van de piraten rond Somalië, of dat van de rovers in Suez. Iedereen waarmee ik mee te maken had in de jachtclub liegt en bedriegt. Het begint met de agent. Mij werd Ibrahim aangeraden. Een gezapige oude man, iedereen noemt hem de meest integere en eerlijkste van alle agenten. En dat is ook zo, ik raad hem aan iedereen aan, hoewel ik hem niet eerlijk of integer zou noemen. Na zijn vertrek komt een ander heerschap mij de hand drukken. Hij is mijn agent, zo vertelt hij. Ik dacht dat ik al met Ibrahim werkte. Hij vertelt me dat hij de zoon is, en dat het dus dezelfde firma is. De diesel die ik koop moet ik aan hem betalen. Gelukkig heb ik dat niet gedaan, want zijn verhaal is puur bedrog. Karkar is de persoon die de jachtclub openhoudt. Hij is de vrolijkheid zelf en doet de grootste moeite om goed bij je te staan. Maar ook hij heeft als enige doel om zo veel mogelijk geld uit je zakken te slaan. Als je hem geen bakshish geeft geeft hij je het gevoel dat je een ziekelijke gierigaard bent die voor zijn eigen bestwil dringend toe is aan een diepe introspectie.

08 appelsienen

Foto: Crismae bestelt vers appelsiensap, de prijs van het drankje wordt elke dag een beetje goedkoper

Hij geeft je een warme welkom, noemt je ‘mijn vriend’ en soms zelfs ‘mijn broeder’, maar bedriegt je zonder blozen. Ik weet hoeveel de prijs van de diesel aan de pomp is, ongeveer 0,20USD. Hij vraagt 1,30USD voor een liter, geleverd aan boord. Diesel kan je volgens hem enkel aan de officiële prijs kopen, want wie smokkelt vliegt de gevangenis in. Ik bestel 240l diesel. Hij levert me de diesel in het donker met zijn bootje. Er was buiten de prijs niets officieel aan heel de dieseltransactie. Hij heeft net 250$ aan me verdiend. Ik vertel hem dat ik dit soort zaken niet doe met mijn vrienden. Dat hij me in de toekomst niet meer zijn ‘vriend’ moet noemen, en dat we een puur zakelijke relatie hebben. Hij druipt af, en ik heb wat spijt dat ik hem zo hard heb aangepakt. Maar later zal ik leren dat hij niet gekwetst was door mijn woorden, hij vreesde enkel dat er van mij niets extra meer te roven zou zijn. Hij probeert nog met kleine dingen, petjes of T-shirts, of wat dan ook. Hebben is hebben en krijgen is de kunst. Wanneer ik vertrek verwacht hij nog een dikke fooi. Later blijkt dat hij me 2 dagen te veel voor de marina heeft aangerekend. Al het geld dat je hem geeft stopt hij gewoon in zijn zak, zonder factuur. Dan wil hij nog geld voor de wasmachine. Hoeveel keer we de wasmachine hebben gebruikt? Ik kijk hem aan en denk nu ook dat hij de boom in kan. Het is normaal om voor de wasmachine te betalen, maar de normen hier verschillen van die bij ons.

“5 keer.” Antwoord ik.

“Komaan, Kris, je weet heel goed dat je veel meer was hebt gedaan dan dat.”

Ik kan niets meer dan minachting voor hem opbrengen. “Karkar,” antwoord ik, “jij bent mijn vriend, ik zou nooit een vriend bedriegen. Dat zou jij toch ook niet doen?”

09 donna en de boot van matheus

Foto: Donna en de boot van Matheus aan de kade in Suez

Ik moet 200pond betalen voor de wasmachine. Ook die gaan rechtstreeks zijn zak in. De afrekening van mijn agent is 30USD meer dan afgesproken. Vlak voor mijn vertrek komt hij nog met drie zakken fruit en brood. Dingen die we later weggeven omdat we ze niet nodig hebben. Hij geeft het me met een mild gebaar alsof het een geschenk is. Wanneer ik hem vraag hoeveel ik hem moet zegt ie zonder blikken of blozen: 165pond. Dat is zeker 3 keer de prijs dan wat hij ervoor betaald heeft. Ik hoor Matheus van aan de andere kant van de dok roepen: “Ik heb je al genoeg betaald!” Dat hoor je wel vaker hier. Hij heeft veel kosten gehad aan zijn motor, en nu vraagt zijn agent 600USD commissie bovenop het loon van de werkmannen! Toen zijn loods arriveerde zag die dat er aan de motor was gewerkt. Toen hij niet genoeg geld kreeg eiste die een controleur. Extra kosten en een dag uitstel van vertrek. De controleur kwam, vroeg om de motor te starten en toen die het deed wilde hij bakshish. Waarschijnlijk ging een deel ervan naar de loods. Ook wanneer Matheus begint te vertellen over zijn ervaringen in Egypte stopt hij niet. Zijn verhalen zijn hallucinant en doen me denken aan Marco Polo. Die schreef in 1298: ‘Moslims zijn verraderlijk en gewetenloos. Volgens hun geloof is stelen en plunderen van mensen van een ander geloof geen misdaad.’ Ik voel me net zo. Al hoef je niet vrezen dat je overvallen zal worden, toch heb je voortdurend het gevoel dat je langs alle kanten bestolen en geplunderd wordt. Zelfs Crismae merkt op dat deze mensen geen schaamte kennen. In de Filippijnen of in Thailand, of zelfs in Soedan was er niemand die je iets vraagt. Niemand, terwijl men er veel armer is. In Soedan werden we verschillende keren op thee uitgenodigd, en zelfs wanneer men het liet komen van een ‘café’ wilde men er geen geld voor. Wat een verschil met hier.

10 fruitverkopers

Foto: ezelkarren

Oman was verschrikkelijk omwille van de regelgeving van de haven. Maar mijn gevoelens over Egypte gaan over de Egyptenaren, over de mensen zelf. Dat ligt wat gevoeliger. Laat ik het zo zeggen: de algemene cultuur zoals ik die in Egypte heb ervaren strookt niet echt met de waarden en normen die ik gedurende mijn leven in Europa en de rest van de wereld heb meegekregen.

11 vuil

Foto: Egypte is ongelofelijk smerig. Na een kinderfeestje op de speelplaats van de school naast de marina werd al het vuil bij elkaar geveegd en gewoon in zee geworpen. Een mooi voorbeeld voor de kindjes.

12 kerk

Foto: kerk

In Suez zien we een statige kerk. Alles binnen is kort en klein geslagen, de meubeltjes heeft men op een hoop gegooid en in brand gestoken. Een militair bewaakt de inkompoort. De woorden ‘verdraagzaamheid’, ‘multicultureel’, of ‘vrijheid van meningsuiting’, zijn hier inhoudsloze begrippen. Ook de meisjesschool wordt door militairen bewaakt.

13 onze loods

Foto: onze loods

Op 8 april trekken we het Suezkanaal door. Of toch de helft ervan. In het midden is het ‘Bitter lake’, dan het stadje, Ismailia, en een jachthaven. Zeilen op de grens tussen Afrika en Azië. Je doet het niet elke dag. Het hele kanaal is een militaire zone, afgeschermd door een hoge muur met wachttorens. Het is een waterweg door de woestijn, een contradictio in terminis. Als de wind oppikt wordt het zand hoog de lucht in geblazen en vormen zich gele wolken. Onze loods valt mee. Hij is tevreden met het eten dat we hem voorschotelen, en zolang zijn kop thee maar gevuld is klaagt hij niet. Hij vraagt maar 1 keer naar bakshish, wil een petje en sigaretten.

14 gele wolken

Foto: gele wolken van zand

In Ismalia komen we Matheus opnieuw tegen. Het verbaasde me, want hij was een dag eerder vertrokken en wilde in 1 keer het kanaal door. Het was niet de motor of andere technische problemen die hem hier hielden, maar opnieuw de vuile truckjes van de Egyptenaren. Wie voor 0300 uur in Ismailia is mag daar van loods verwisselen en doorvaren. Hij kwam om 1430 aan, maar dat was toch ‘net’ te laat. Hij wilde zich haasten voor de storm in de Middellandse Zee. Nu is hij verplicht om nog minstens 3 dagen te wachten op beter weer. Komt mooi uit voor de jachthaven. Het eerste wat de man die onze touwen aanneemt tegen me zegt is : “bakshish”.

matheus boot

Foto: etentje bij Matheus

Intussen heeft mijn kozijn Guy tickets geboekt. Hij komt me vervoegen in Kreta. De weerkaarten zien er echter niet echt goed uit. Na enkele dagen besluit ik toch om maar verder te gaan. Eens het kanaal uit kies je best meteen voor de open zee. Aangenaam is het niet, zo in het donker aan een grote tocht beginnen, maar er zit niet veel anders op. Op 18 april doen we het 2e deel van het kanaal. Als we aan de eindplaats zijn veranderen de plannen. Het is al donker en, we moeten de jachthaven binnen, want ‘men wil onze papieren nog eens nakijken’. Ik kom er Andy tegen. Hij roept van ver naar me: “Ze zijn niet in je papieren geïnteresseerd, ze willen gewoon meer geld.” Ik moet ankeren, een loodsboot komt gevaarlijk dicht tegen me aangevaren. Dan krijg ik orders om me naar de kade te begeven. Mijn ankerlier doet het weer niet. Ik vind het deze keer niet erg, en ik denk ook dat ik de oorzaak ken, ik heb de zekering er tussenuit gehaald. Terwijl ik rustig mijn ketting met de hand aan het optrekken ben krijg ik de indruk dat ze het wachten beu worden. Na een tijdje hoor ik dat ze mijn papieren nu toch niet meer moeten zien. Ze vragen agressief naar sigaretten, geld, frisdrank en dreigen met hun boot een flinke kras op Donna te maken. Ik geef niks en wanneer mijn anker opgehaald is verdwijn ik in het donker gat van de haveningang. Er staat geen maan, en de open zee komt bedreigend over, maar het idee dat ik nu voor goed van deze mensen verlost ben lucht me enorm op. Ik ben weer vrij, op weg naar de vrije wereld. Ik probeer 1 positieve herinnering aan het land op te halen, het appelsiensap was goed, voor de rest vind ik niks. Egypte staat helemaal onderaan de lijst van de landen die ik heb bezocht.

donna in suez

Foto: Donna in het Suezkanaal (foto: Andy)

15 C in suez

Geplaatst in Uncategorized | Plaats een reactie

1503 Egypte

01 mannen van de vuurtoren

Foto: de mannen van de vuurtoren

Het waait hard aan onze vuurtoren. We liggen in te diep water geankerd, af en toe krabt het anker. Ik ben er niet gerust in. Het anker hoeft maar weinig te slepen of we belanden op het rif. En het weer is nu te wild om beter af te wachten. Ondanks de felle wind vertrekken we. Ik weet dat de ankerplaatsen op onze weg slecht of gevaarlijk zijn, daardoor zijn we verplicht om de nacht door te varen. Het is uiterst onaangenaam. Altijd maar opboksen tegen golven die zich gedurende 1000nm hebben opgebouwd. Wind en woestijnzand waait om onze oren. Altijd maar opkruisen. Crismae is doodziek en ook ik heb moeten overgeven. We moeten nog zo ver gaan. Ik begin de moed een beetje te verliezen.

02 marsa shin ab berg

Foto: Marsa Shin’ab, we beklimmen de berg

De volgende dag geraken we voor het donker in Marsa Shin’ab. We droppen het anker. Ik val als een blok in slaap. De dag daarop laten we de wind om onze oren waaien. De inhammen in de zee beschermen weliswaar tegen de golven, maar zijn zo laag dat de wind vrij spel heeft. Ik kan nog eens brood maken op windenergie.

4/3/15 Het waait nog steeds te hard om er tegenin te gaan. Op 5/3 krijgen we bezoek van een Sudanees oorlogsschip. De bemanning lijkt eerder op een stelletje rebellen dan op een geregeld leger. Ze dragen allerlei soorten onderdelen van een uniform, gecombineerd met voetbaltruitjes of kapot gescheurde hemdjes. Ze vragen over de radio wie we zijn, of we een cruising permit hebben en laten ons met rust. Later die avond biept de AIS. Een schip komt onze richting uitgevaren: Libelle! Frank probeert in het half donker tussen de koraalriffen door onze kant op te komen. Mijn ankerlicht leidt hem. Ook hij is uitgeput, en blij dat hij het anker kan uitgooien.

03 mannen op het land

Foto: mannen op de kant

Op 6/3 is de wind wat gaan liggen. Het is 190 nm naar Ras Banas. Dat zouden we in 2 dagen kunnen halen. Net voor Ras Banas is er nog een goede ankerplaats, maar daar zitten Egyptische militairen. De zone is betwist gebied, officieel is het nog van Soedan, maar Egypte heeft het bezet. Elk land dat we gepasseerd hebben is in oorlog met elk ander land, het is een boeltje hier. Geen wonder dat de helft van de overheidsuitgaven van Soedan naar defensie en politie gaat. Van verschillende zeilers hebben we gehoord dat je die regio beter vermijdt. Ook hier liggen weer landmijnen, je kan dus zelfs niet eens een wandelingetje op de kant gaan maken.

Wanneer we Ras Banas naderen is het nog donker. Er staat niet veel wind, dus varen we nog maar wat verder.

04 mark en jenifer van starlet nodigen ons uit

Foto: Mark en Jennifer nodigen ons uit op een etentje

Uiteindelijk ankeren we in Marsa Tundubah. We zijn nu al een flink stuk in Egypte. Hier komen we een Amerikaans koppel tegen: Mark en Jennifer, die net als Jacques de Rode Zee hebben uitgekozen om te overwinteren. Ze vertellen ons hun ervaringen met Egyptische militairen. Hoe ze ’s avonds laat van hun ankerplaats weer moesten vertrekken naar waar ze vandaan kwamen, hoe hun papieren, die allemaal in orde waren niet goed bevonden werden, hoe ze met een boette van 10.000USD bedreigd werden, niet verder mochten varen, 600USD omkoopgeld moesten betalen enzovoort. Uiteindelijk bleken de Egyptische militairen nog de ergste van allemaal. Goed dat we die militaire basis maar links hebben laten liggen.

04 voeten op het wiel

Foto: weer op weg

Ook Egypte is niet erg pluis. Toeristen die hun hotel niet uitkomen merken er niets van, maar wie bijvoorbeeld naar Luxor wil, zal merken dat veel wegen voor toeristen gesloten zijn. Enkel Egyptenaren mogen er op. Mensenrechten worden in Egypte aan de lopende band geschonden. De 23jarige ingenieursstudent Ahmed Al-Banna is hier net tot 3 jaar gevangenisstraf veroordeeld omdat hij op zijn facebookpagina artikels over atheïsme had gepubliceerd. Egypte gaat vanaf mei dit jaar de visa bij aankomst voor individuele toeristen afschaffen. Als je op je eentje naar het land wil gaan moet je dus eerst langs hun ambassade. De reden hiervoor is dat Egypte de mensenrechtenactivisten er uit wil kunnen filteren. De toeristische sector vreest voor een catastrofe.

04 Marsa Tundubah

Foto: Marsa Tundubah

De wind waait ook nu weer veel te hard. Na 2 dagen kunnen we toch  verder en komen in Port Ghalib aan… Een andere wereld. Op zee heb je het gevoel dat je vogelvrij verklaard bent, hier in de marina wordt alles voor je gedaan. Ik slaak een zucht van opluchting. Sinds lange tijd heb ik weer het gevoel dat ik niet meer langs alle kanten bedreigd wordt. De marina is voorzien voor 500 jachten. Er liggen er 4, Donna inbegrepen, en ook Frank, want die is verbaasd dat hij ons heeft voorbijgestoken. Er zijn ook een aantal hotels in de buurt. Die zitten vol met … Belgen. Wanneer ze mijn vlag zien komen ze goede dag zeggen, nodigen ons uit voor een etentje, en luisteren geboeid naar alle verhalen die we te vertellen hebben.

05 Belgen en Frank op donna

Foto: Belgen op bezoek op Donna

Wat een avontuur merken ze op. Ik loop graag even met hen mee doorheen het hotel langs het zwembad, de bar, het zonneterras. In het gras doet een groepje met hun benen in de lucht oefeningen van een instructrice na. Overal liggen luie westerlingen lekker niets te doen. Ze hebben een goed leven, wachten zoals dieren in de dierentuin tot ze opnieuw gevoederd worden. Ze houden vakantie zoals ik het nooit gekend heb. Het ziet er gewoon zalig uit. Het liedje van Joan Baez komt nog eens in me op: Donna Donna Donna, het lied waar mijn boot naar genoemd is. Het beeld van het kalf waar voor gezorgd wordt is aantrekkelijker dan ooit. Eventjes geen zwaluwtje meer zijn. Ik heb zin om met hen te ruilen.

06 fiets in het water

Foto: Wat gebeurt er als je fiets in het water valt? Dan moet je er achter duiken.

Beroering in het hotel. Er is hier, in Marsa Alam, vandaag een Duitser opgegeten door een oceanische witpunthaai (Carcharhinus longimanus). Die blijken wel vaker mensen op te eten, dat wist ik niet. De pilot waarschuwt vaak voor haaien in de ankerplaatsen. De witpunthaai geldt samen met de witte haai, de tijgerhaai en de stierhaai als een van de gevaarlijkste haaiensoorten voor de mens. Hij zou volgens Wikipedia al meer mensen hebben aangevallen dan alle andere haaiensoorten samen en ‘vormt vooral een bedreiging voor schipbreukelingen’.

07 jacht op het strand

Foto: Wat gebeurt er als je jacht op het land belandt? Game over.

De wind is wat gekalmeerd. Na bijna 2 weken relaxen is het tijd om de rekening te betalen en verder te gaan. Tijd ook om me te laten pluimen door de Egyptische overheid. De lokale bevolking betaalt 0,26USD voor een liter diesel. Ik moet 1,18USD betalen. 5 keer zo veel. Maar zo gaat dat hier. Zelfs mensen die hier al jaren voor hun job wonen klagen dat ze overal, in de supermarkt, bij de kapper, de taxi, zelfs voor een appartement ongeveer het dubbele moeten betalen dan de lokale bevolking. Er valt niet aan te ontkomen, gewoon omdat je een andere huid hebt. In België zou dat racistisch zijn. In Egypte is dat heel normaal. Ze beschouwen het waarschijnlijk als een soort jizya, de belasting die niet-moslims volgens de Koran moeten betalen om in een moslimland te mogen wonen.

woestijnrand

Foto: woestijnrand

Geplaatst in Uncategorized | 2 reacties

1502 Soedan

01 Donna in Sudan

Foto: Donna in Soedan

21/2/15: Trinkitat harbour. Een gunstige wind brengt ons tot in Soedan. Onze vreugde dat we het onveilige Eritrea zonder problemen zijn gepasseerd verdwijnt snel wanneer we benaderd worden door een groepje militairen in Soedan. We moeten hen naar hun basis volgen. Ze escorteren ons de baai in, en daar moeten we blijven tot nader orde. Waarom we niet verder mogen varen? Ik weet het nog steeds niet. Communicatie was trouwen heel moeilijk. Hun Engels is barslecht. Ik zeg dat ik mijn ambassade zal contacteren. Deze truc had al eerder gewerkt, maar hier maakte ik er niet veel indruk mee. Trouwens, buiten deze militaire basis, die bestaat uit wat tenten en vervallen barakken zonder deuren is er niets. Zeker geen ‘harbour’ en dus ook geen communicatiemiddelen. Elke keer ze langszij Donna komen maken ze een lelijke kras op de romp.

Op 23/2/15 mogen we eindelijk vertrekken. Met de woorden ‘Welkom in Soedan’ wuiven de militairen ons uit. Wat een welkom. Ze waren vriendelijk, en nodigden ons uit in hun barak, we dronken thee met hen, aten hun prakjes en rookten de shisha, de waterpijp, maar ik heb toch liever dat ze minder vriendelijk zijn, en ons met rust laten.

02 koffie op het einde van het diner

Foto: Jacques nodigt ons uit in het ‘beste’ restaurant van Sawakin

Die dag komen we de Fransman Jacques van Miss Cat tegen. Hij ligt geankerd tussen de koraalriffen, had ons zien passeren en riep ons via de VHF op. “Kom naast me liggen” stelt hij voor, en leidt ons met zijn dinghy doorheen de riffen. Hij sprong een gat in de lucht toen Donna in zicht kwam. Ik was het 2e jacht dat hij hier in 3 jaar tijd had gezien. In de zomer verdient hij zijn geld met het charteren van zijn boot in de Middellandse Zee. Al 11jaar hij komt overwinteren in de Rode Zee. Vroeger had hij ook hier zijn klanten, maar in Europa zijn de mensen wat ‘afkeriger’ geworden ten opzichte van al de moslimlanden, zo zegt hij. Hij heeft zijn cliënteel de voorbije jaren met 90% zien dalen, en moet nu alles in de Middellandse Zee verdienen. Ik doe hem mijn verhaal van de militairen. Hij moet lachen, hij zelf werd 9 dagen! vast gehouden. Hij hangt geen fleurig beeld op van Soedan. Het wordt met een ijzeren hand bestuurd, is nog steeds in oorlog met Egypte en Eritrea, en de 1,5miljoen doden in het zuiden, en de 200.000 doden in Darfur zijn nog niet vergeten. De relaties met Uganda, Kenia en Ethiopië liggen beneden het vriespunt. De mensen zijn heel vriendelijk, maar de overheid trekt op niets, zegt hij. Iemand vast houden is hier dood normaal, en of dat nu wel of niet strookt met de mensenrechten, wie zou daar van wakker liggen. Het is ongeveer nog het enige land ter wereld waar de overheid oogluikend nog slavernij toelaat. Soedan heeft trouwens net zoals vele andere islamitische landen de universele verklaringen van de rechten van de mens niet ondertekend. Zij hebben de Islamitische verklaringen van de mensenrechten en de Cairo verklaringen getekend. Veel van de mensenrechten die voor ons tamelijk fundamenteel zijn, zoals de vrijheid van meningsuiting of het recht om van godsdienst te veranderen, staan daar niet in. In de Cairo verklaringen staat een vage zin die zegt dat ‘iedereen het recht heeft om zich te uiten voor wat hij denkt dat juist is als het overeenkomt met de normen van de islamitische sharia’. De Soedanese Mariam Yahia Ibrahim Ishag, die met een christen wilde huwen is door de internationale druk aan de doodstraf kunnen ontsnappen.

03 Sawakin de belangrijkste vissershaven van het land

Foto: Sawakin, de belangrijkste vissershaven van het land

Dit is Soedan, niet meteen de plaats waar je op vakantie wil gaan. Ik heb er trouwens ook geen enkele toerist gezien.

De volgende dag zeilen we samen met Jacques naar Sawakin. Daar kunnen we een cruising permit bemachtigen. Met wat handtekeningen en stempels zouden de volgende contacten met militairen wat vlotter moeten gaan. Sawakin was tot Port Sudan werd gebouwd de grootste havenstad van het land, en is nu nog steeds de grootste vissershaven. Mijn mond viel open toen ik dit oude centrum van alle activiteit naderde. Er is niets meer van over. Indien de ruines er niet nog zouden staan, zou je er niets van geloven. Op de moskeeën na ligt letterlijk alles in puin. Er zijn nog een aantal oude militaire vestigingen die sterk genoeg waren om aan de tand des tijds te weerstaan.

04 alles ligt in puin in sawakin

Foto: alles ligt in puin

Sawakin is een triestige stad, en ook de vissershaven stelt niets voor. Wat er nog aan gebouwen rechtstaat werd gesponsord door hulporganisaties. Zoals de gloednieuwe vishallen. De bedoeling was dat de vissers hier hun vis verkochten, in een door de overheid gecontroleerde omgeving. Al te vaak werden mensen ziek door het gebrek aan hygiëne. De vishallen zijn mooi. We krijgen een rondleiding door Ibrahim, de directeur. Alles wat er nodig is is er, en nog veel meer. Ontwikkelingshulp heeft voor elke visser die met hen wil meewerken een volledig pakket voorzien zodat ze meteen aan de slag kunnen, op een veilige en moderne manier. Ibrahim laat ons een aantal vissersboten zien, mooie dingen, met krachtige buitenboordmotoren. Hij heeft moderne GPSsen fishfinders, om zo maar uit te delen, duur spul allemaal, ook mobiele telefoons, compleet met belwaarde, zodat vissers die op zee in de problemen geraken hulp kunnen oproepen. In zijn kast laat hij ons snijplanken zien, en prachtige inox messen. Het lijkt te mooi om waar te zijn. Er is slechts 1 probleem. De vissers willen het niet. De directeur doet zijn beklag. Het is de bedoeling dat de vissers werken volgens de normen van de vishallen, en dat willen ze niet. Ze willen op hun eigen oude traditionele manier blijven verder werken en willen van geen verandering weten.

05 thermometer

Foto: Ibrahim toont ons een naaldthermometer, hiermee kan de temperatuur diep in de vis worden gemeten

We verlaten de vishallen met een SIMkaart, belkrediet, nieuwe snijplanken, fileermessen en decoupeermessen. “Neem het mee,” zo zegt hij, want ik geraak ze toch niet kwijt.

05 gratis boten

Foto: ook de boten (made in the Filippines) liggen troosteloos op een kandidaat visser te wachten.

De rest van Sawakin ziet er overal het zelfde uit. Ruines van ooit mooie en sterke gebouwen. Ze bewijzen dat Sawakin lang geleden toch iets was.

07 mannen voor de vishallen

Foto: het enige waarvoor de nieuwe vishallen goed zijn is dat ze voor schaduw zorgen voor een groepje mannen

Saudi-Arabië veegt om de paar jaar haar land schoon van illegalen. In 2013 heeft het 33.000 mensen het land uitgezet. Die zijn veelal hier in Sawakin met de boot aangekomen. Jacques vertelt me over de grote groepen mensen die hier veelal zonder geld, omdat wat ze hadden door de Saudische politie werd gestolen, aankwamen. Het moet een gezicht geweest zijn.

08 de legerbasis

Foto: Jacques heeft een vis gevangen, hier voor de militaire basis, die pas geverfd is, omdat met hoog bezoek verwacht

09 de keuken van het restaurant

Foto: de keuken van het restaurant, de vis wordt versneden

Kinderen zie je op elk moment op straat. Naar school gaan is blijkbaar optioneel. Er is heel veel analfabetisme in Soedan, vooral bij vrouwen.

We zijn in Sawakin snel uitgekeken. De enige attractie is de markt, het commercieel centrum.

10 commercieel centrum

Foto: commercieel centrum

Je kan er bijvoorbeeld lege PET flessen kopen.

11 lege flessen te koop

Foto: flessen te koop

12 markt

Foto: graanschalen

In Soedan en langsheen de hele kuststrook van de Rode Zee is het ook gebruikelijk dat de mannen gewapend zijn. Traditioneel dragen ze zwaarden, teken van mannelijkheid. Maar meer en meer draagt men ook geweren. Indien deze lui goede dag willen zeggen zullen ze met hun wapen zwaaien. Zeilers hebben vaker skiffs zien afkomen met gewapende mannen aan boord. Dat zijn dus niet altijd piraten.

13 man met zwaard

Foto: man met zwaard koopt iets op de markt

De zwaarden die ze dragen zien er trouwens prachtig uit, knap vakmanschap.

14 man op dromedaris

Foto: man op dromedaris

15 vestingspoort

Foto: vestingspoort

16 fiere sudanees in zijn woning

Foto: een fiere Soedanees nodigt ons in zijn woning uit

We hebben het snel begrepen; Sawakin is niet de plaats waar we nieuwe proviand kunnen opdoen. Er zijn geen ATM’s, dus we kunnen geen geld uit de muur halen, diesel wordt naar goede traditie in jerrycans geleverd, en water wordt aangedragen met een ezeltje. Er is geen waterleiding in de stad, geen elektriciteit. Het is ’s nachts donker en stil in Sawakin. Ik koop van alle resterende dollars van Mike diesel, die is hier de helft goedkoper dan in Egypte.

17 ezeltje

Foto: onze waterbevoorrading

Crismae ontmoet wat Filippijnen. Ze vangen hier visjes die ze aan aquariumwinkels verkopen. Hun baas is een chinees heeft contacten over de hele wereld. De chinezen hebben trouwens heel Soedan economisch ingepalmd.

18 filippinos vissen voor aquaria

Foto: vissers laten ons hun aquariumvisjes zien

Vanaf de wind het toelaat vertrekken we. “Port Sudan is puur maffia”, waarschuwde Jacques. Zowel hij als de pilot raden af om er heen te gaan. Daarom is onze volgende ankerplaats een rif net voor Port Sudan. Het rif wordt afgebakend met een vuurtoren. Met onze dinghy gaan we erheen. De mannen van de vuurtoren zijn heel vriendelijk. Als we vragen of we eens naar boven mogen klimmen antwoorden ze met een “natuurlijk!” Het is de eerste keer dat ik op een werkende vuurtoren was. Het zicht is adembenemend. Het hele ding wordt met zonnepanelen gevoed. Het is een mooi stukje techniek. Twee simpele elektromotortjes die een geweldige lamp met lenzen doen draaien. Nu weet ik waarom je niet met een stopwatch in de hand de seconden van de flitsen moet tellen.

19 c ah licht

Foto: Crismae heeft het licht gezien

Het landschap van Soedan is wel mooi. Heel ruw, onherbergzaam, droog en uitgestrekt. Langsheen onze ankerplaatsjes proberen we af en toe aan land te gaan om een wandelingetje te maken.

20 Sudan de woestijn die in zee over gaat

Foto: Soedan, de woestijn die in zee over gaat

Ik verlaat Soedan met een wrang gevoel. Iets lijkt niet te kloppen. Het is een land vol met vriendelijke mensen, die in diepe armoede leven. Ongewild probeer ik een oorzaak voor hun problemen te vinden. Ik zou alles op Omar al-Bashir kunnen steken, de president/dictator die volgens de militairen zo geliefd is. Maar ik ben er zeker van dat indien je die wegneemt, er andere problemen in de plaats komen. Soedan zal dan in de regio de volgende broeiaard van conflicten worden. Betere algemene geschooldheid is denk ik de enige weg, maar wat leren deze mensen buiten hun Koran? Daarmee doen ze de deur voor elke vorm van vernieuwing voor zich zelf dicht. Het concept ‘democratie’ is hen volledig vreemd. Ik ben er zeker van dat indien men hier verkiezingen houdt er ook hier een moslimbroederschap zal worden gevormd die met 95% van de stemmen de verkiezingen zal winnen en het land dat nu al achterlijk is nog verder naar het verleden zal willen terug brengen. Ik zie daarom, in tegenstelling tot alle andere landen waar ik ben geweest, geen enkel lichtpuntje voor dit oord. Overal in de wereld zag ik mensen die hun toekomst in eigen handen namen. Hier wordt de helft van de arbeidsmarkt al niet gebruikt, want vrouwen gaan niet uit werken, en van de mannen heb ik de indruk dat zij bij de pakken zijn gaat zitten. Wat ben ik blij dat ik bij ons en niet hier geboren ben. Want zoals altijd, het is de bevolking zelf die het meest onder de hele toestand lijdt.

21 wandeling in Sudan

Foto: wandelen in Soedan

99 poort

Foto: het oog, op zoek naar wat moois, heeft het moeilijk in Soedan

06 de hele stad ligt in puin

Geplaatst in Uncategorized | Plaats een reactie

1502 Eritrea

1502 Eritrea

01 winkelwandelstraat

Foto: winkel wandelstraat van Obock, Djibouti

15/2/15 Obock 11 57,895N; 43 17,987E; 30nm

Vertrek uit Djibouti. Onze eerste ankerplaats is Obock, een kaal dorpje waar de ferry van Djibouti aankomt en meteen ook de laatste plek in Djibouti die we aandoen. Het is een kabaal van je welste voor de ferry vertrekt. Het lawaai komt uit luidsprekers, uit auto’s en uit mensen. Het is een getrek en een geduw. Ik begrijp niet waarom deze mensen nooit eens iets rustig kunnen doen.

02 het haar van crismae

Foto: het haar van Crismae

Er hangt een merkwaardige sfeer in het dorp. Er zijn mensen die je heel hartelijk en warm welkom heten, maar er zijn er ook die je bekijken als een crimineel. Het is al jaren geleden dat men hier nog eens een vreemdeling heeft gezien. Dus je loopt wel in de kijker. De meisjes staren naar het haar van Crismae; zo lang en zo recht hebben ze het nog nooit gezien. Ze willen het allemaal aanraken. Ze willen met ons op de foto, maar de pret wordt snel verdorven wanneer er een baardman luid roepend komt aangelopen en de vrolijke bende uit elkaar drijft. Dit scenario zal zich door heel onze wandeling door het dorp blijven herhalen. Telkens als het wat te vrolijk wordt komt iemand een einde aan de pret maken. Ik heb geen idee waarom. Het enige waar ik aan kan denken is dat plezier maken ‘haram’ is.

03 triestige bedoeling

Foto: triestige bedoening

Voor de rest is het hier een triestige bedoeling. Zo arm heb ik een dorp nog nooit gezien. Mensen die in hun blote kont rondliepen in de eilanden van de Stille Oceaan zagen er gelukkiger en welvarender uit als de mensen hier.

Voordat Djibouti de grootste haven van het land werd was Obock dat. Dit was dus het centrum van activiteit. Daar blijft duidelijk niets meer van over. Merkwaardig dat het zo snel kan veranderen.

04 vrouw geeft geit te eten

Foto: vrouw geeft geit te eten

We wandelen wat door het dorp. De enige plek waar wat te doen is, is de winkelstraat. Een vrouw maakt kleren met een oude naaimachine. Er wordt wat op straat gekookt, mannen drinken thee of kauwen qath, een blad dat hen wat pep geeft. Waarom ze die pep nodig hebben weet ik niet, want er is er geen een aan het werk.

06 restaurant

Foto: restaurant

De volgende dag passeren we Bab El Mandeb, ‘De poorten van de zorgen’. Vanaf nu zouden ook onze grootste zorgen voorbij moeten zijn, want hiermee verlaten we ook het hoogste risicogebied. Ik ben blij, want het is toch een heel pak stress dat weg valt. En ik mag het thuisfront weer zonder gevaar vertellen waar ik me bevind. Het lastigste aan de overtocht was de beslissing nemen. Vlak voor je vertrekt probeer je zo veel mogelijk informatie te vergaren. Je neemt contact op met de officiële instanties, maar die raden het unaniem af. En daar hebben ze al hun redenen en argumenten voor. De piraten zijn rijk nu, zo stellen ze, en hebben veel geld. Ze zullen toeslaan wanneer ze de kans schoon zien. Met wapens in een skiff rond varen is voorlopig in de Golf van Aden wat te gevaarlijk geworden. Maar hun skiffs liggen nog steeds klaar langsheen heel de Somalische kust. MSCHOA, de militaire internationale organisatie tegen de piraterij toont er op haar website foto’s van. Onderhandelingen met de regering om er wat aan te doen blijken recent mislukt te zijn.

05 qathverkoopster

Foto: qath verkoopster

We werden slechts een enkele keer door een skiff benaderd. Toen ze naderden deed ik teken, met een VHF in de hand dat ik geen bezoek wilde. Na een tijdje dropen ze af. Of ze de bedoeling hebben om eens vriendelijk goede dag te komen zeggen, hun vis te verkopen of hun vrienden piraten op de kust in te lichten weet je natuurlijk niet.

07 Obock

Foto: strand van Obock

Dan heb je de brochures die je helpen een risicoanalyse te maken. Die zijn bedoeld voor grote cargo’s. Een zeiljacht ligt bij elk criterium in de hoogste risicoklasse. Aangenaam om dat allemaal te lezen is het niet. Vrijwel alle schepen hebben gewapende bemanning aan boord. Ook dat moeten wij missen. Veel cargo’s hebben prikkeldraad omheen hun romp.

Ook de manier van handelen van de piraten brutaler geworden. Ze voeren de druk voor losgeld op door gijzelaars te martelen. Dat alles doet je beslissen om maar beter niet aan de oversteek te beginnen.

Maar dan spreek je met andere zeilers. Die zijn er allemaal heel gerust in. Zij die gaan vertrekken zijn het er allemaal over eens: er is geen gevaar meer. Ze wijzen op cijfers van kapingen die aantonen dat het gevaar volledig is geweken. En dat is waar, het laatste jaar zijn er een aantal pogingen geweest, maar geen enkele aanval was succesvol. Er is ook geen enkel zeiljacht meer geënterd… maar er zijn er ook bijna geen meer die de oversteek hebben gemaakt. Elke zeiler wil dat er zo veel mogelijk jachten de oversteek maken voordat hij er aan begint. “Ga gerust!” zeggen ze tegen alle anderen, terwijl ze zelf toch nog liefst eventjes blijven wachten. “En stuur een mailtje als je aan de andere kant bent”. Wanneer je met andere zeilers spreekt, beslis je dat je het er toch op kan wagen. Daarbij, ik heb niet veel keuze, want ik moet weer naar huis. Mijn geld is op, en ik heb een job in Antwerpen.

08 telefooncel

Foto: telefooncel

De regio in zijn geheel is de meest onstabiele van de wereld. Dat voel je al als je nog maar een voet aan de wal zet. Elk land dat we passeerden is een puinhoop, zowel politiek als organisatorisch. En voor de burgers lokt natuurlijk het vooruitzicht van enorme hoeveelheden geld. Zowel de straatarme, steeds maar aangroeiende bevolking van Somalië (het heeft een geboortecijfer van meer dan 45/1000, een van de hoogste ter wereld) als de moslimstrijders van Jemen kunnen dat goed gebruiken. De doorgang wordt inderdaad goed in de gaten gehouden, maar het is een enorm uitgestrekt gebied. Donna zal er 5 dagen en 5 nachten over doen om nog maar van Salalah naar Djibouti te varen, en het risicogebied strekt zich uit van India tot en met Suez. Men kan nooit alles overzien.

De reden waarom er geen cargo’s meer worden aangevallen is volgens mij voornamelijk omdat die nu bewapend mogen zijn. Vanaf ze een skiff zien naderen vuren ze, met scherp. Die mannen gaan niet zoals het leger, eerst een aantal waarschuwingsschoten voor de boeg lossen. Dat is het enige wat piraten tegen houdt. Op YouTube kan je er wat filmpjes van bekijken. Dit is de Wild West. Zeiljachten zijn daardoor een veel gemakkelijker doelwit geworden, het enige doelwit uiteindelijk dat voor piraten overblijft. Wie een onbewapend zeiljacht wil enteren hoeft op geen enkele vorm van weerstand rekenen. De reden waarom er geen jachten meer werden aangevallen is volgens mij gewoon omdat de enkelingen die de tocht gemaakt hebben er ongezien doorheen zijn geglipt. Meestal voer Donna tamelijk alleen, zelfs in het midden van de traffic lines. Je moet als piraat veel geluk hebben om een jacht tegen te komen, want ze zijn klein, je ziet ze dus niet, en er zijn er vrijwel geen. Ik zou kunnen denken dat ik het veiligste moment heb uitgekozen om de oversteek te maken, want indien jachties straks opnieuw massaal gaan beslissen om via Suez naar de Middellandse Zee te varen verwacht ik dat er piraten zullen zijn die het uitdrukkelijk op hen gemunt zullen hebben. En je kan de militaire aanwezigheid nooit zo hoog opvoeren om kapingen volledig te vermijden. Piraten hebben ten slot van rekening maar enkele minuten nodig om hun ding te doen, en jachten kunnen ze, gecamoufleerd als vissers makkelijk aan. Vanaf ze aan boord zijn is het kwaad geschied. Het marineschip dat me op een afstand van 8nm volgt, wat kan dat doen indien Donna wordt geënterd?

09 kopstaanders

Foto: kopstaanders

Onze volgende stop zou ergens in Eritrea moeten zijn. Ik heb over het land niet veel goeds gelezen. De overheid zou enorm lastig doen, de militairen zouden heel agressief zijn, en het recentste jacht dat werd overvallen was voor de kust van Eritrea. De wind staat goed. Het lijkt me beter om zo ver als mogelijk noord te zeilen.

het is koud in sudan

Foto: hoe verder we naar het noorden zeilen, hoe kouder het wordt

Geplaatst in Uncategorized | 1 reactie